
Subacromiaal Pijnsyndroom (SAPS): Symptomen, Oorzaken en Behandeling
Subacromiaal Pijnsyndroom (SAPS) – vroeger bekend als het impingement syndroom – is één van de meest voorkomende oorzaken van schouderpijn.
Het ontstaat door beknelling van structuren (pees of slijmbeurs) tussen het schouderdak (acromion) en de bovenarmkop (humerus).
In dit artikel ontdek je:
Wat SAPS precies is
De meest voorkomende oorzaken
Herkenbare symptomen
Bewezen effectieve behandelingen en oefeningen
Wanneer je medische hulp moet inschakelen
Wat is Subacromiaal Pijnsyndroom (SAPS)?
De term SAPS werd in 2014 ingevoerd om een beter onderscheid te maken tussen verschillende vormen van schouderpijn in het subacromiale gebied.
Het gaat hierbij niet enkel om één specifieke blessure, maar om een verzamelnaam voor pijnklachten veroorzaakt door irritatie of ontsteking in de subacromiale ruimte.
Belangrijke structuren die hierbij betrokken zijn:
De rotator cuff-pezen (vooral de supraspinatus)
De slijmbeurs (bursa subacromialis)
Het schouderdak (acromion)
Oorzaken van SAPS
Subacromiaal Pijnsyndroom ontstaat door een combinatie van mechanische beknelling en biologische irritatie van weefsels.
De meest voorkomende oorzaken zijn:
Overbelasting bij herhaald bovenhands werk of sport (tennis, zwemmen, schilderen)
Slechte houding: naar voren afgeronde schouders beperken de subacromiale ruimte
Spierdisbalans tussen de rotator cuff en scapulaire stabilisatoren
Verhoogd schouderdak (acromiontype II of III) – anatomisch minder ruimte
Veroudering en degeneratie van peesweefsel
Een systematische review in het British Journal of Sports Medicine (2022) concludeerde dat houdingsafwijkingen en spierzwakte in de rotator cuff sterke voorspellers zijn van SAPS.
Symptomen van SAPS
De klachten van SAPS zijn goed herkenbaar. Veel patiënten beschrijven:
Pijn bij heffen van de arm tussen 60° en 120° (painful arc)
Nachtelijke pijn bij liggen op de aangedane zijde
Moeite met bovenhandse bewegingen zoals haren kammen of jas aantrekken
Krachtverlies of instabiliteit in de schouder
💡 Tip: Vaak is er geen acute oorzaak, maar een geleidelijk toenemende pijn door dagelijkse belasting.
Behandelprincipes
Een effectieve behandeling van SAPS volgt een fasisch model, gebaseerd op de herstelfasen van peesweefsel en neuro-musculaire adaptatie.
De behandeling verloopt via vier fasen, waarbij progressie afhankelijk is van pijn, kracht en functie.
Fase 1: Pijnreductie & bewegingsherstel (0–4 weken)
Doel: pijn verminderen, ontsteking kalmeren, bewegingsangst reduceren.
Wetenschappelijke onderbouwing
Acute SAPS gaat gepaard met neurogene en inflammatoire sensibilisatie.
Cochrane Review (2023) toont dat vroege mobilisatie binnen pijngrens effectiever is dan rust.
NSAID’s en warmte/koude-therapie verlagen pijn en bevorderen circulatie.
Behandelinterventies
Educatie: uitleg over belasting-belastbaarheid, geruststelling (vermindert pijnperceptie).
Houdingscorrectie: herstel van scapulaire retractie en lichte thoracale extensie.
Pendeloefeningen & passieve mobilisaties – verbeteren gewrichtsvoeding en verminderen compressie.
Manuele therapie (glides & tracties) – sterk bewijs voor tijdelijke pijnverlichting (KNGF, 2022).
Belangrijk: volledige rust vermijden. Beweging stimuleert synoviale vloeistof en collageenherstel.
Fase 2: Herstel van scapulaire controle & spieractivatie (4–8 weken)
Doel: activeren van scapulothoracale spieren en verminderen van subacromiale compressie.
Wetenschappelijke onderbouwing
Een meta-analyse (BJSM, 2020) laat zien dat scapulaire retraining pijn en functie significant verbetert bij SAPS.
Met name de serratus anterior en lower trapezius zijn onderactief bij deze populatie.
Behandelinterventies
Scapula retraction (rowing bewegingen) met elastische band
Push-up plus (verhoogt serratus anterior-activatie met 60%)
Scapula setting (neutrale positie leren herkennen)
Stretching van pectoralis minor en levator scapulae
Kinesiotape of houdingssensor (biofeedback) kan tijdelijk helpen
Na 6 weken training daalt pijn gemiddeld met 30–40% (JOSPT, 2021).
Fase 3: Kracht en peesadaptatie (8–16 weken)
Doel: verbeteren van rotator cuff-kracht, peesstijfheid en coördinatie.
Wetenschappelijke onderbouwing
JOSPT (2021) toont aan dat excentrische training het herstel van tendinopathie ondersteunt via stimulatie van collageen type I.
Isometrische belasting vermindert pijn via centrale inhibitie van nociceptieve prikkels (Rio et al., BJSM, 2016).
Closed chain oefeningen bevorderen co-contractie tussen cuff en scapula → minder subacromiale druk.
Behandelinterventies
Excentrische rotatie met TheraBand
- 3×15 herhalingen, 3–4× per week
- Langzame uitvoering (3 sec excentrisch)
Isometrische rotatie tegen muur – pijnreducerend en stabiliserend
Side-lying external rotation – gericht op infraspinatus
Scaption-oefening – schouder abductie in scapulaire vlak (30° anteflexie)
Proprioceptieve training – met kleine bal tegen muur voor ritmische stabiliteit
Onderzoek toont verbetering van pijn en functie na 12 weken progressieve oefentherapie (Cochrane, 2023).
Fase 4: Functionele integratie & preventie (16+ weken)
Doel: duurzame belastbaarheid, terugvalpreventie en sporthervatting.
Wetenschappelijke onderbouwing
Sports Health (2022) benadrukt dat terugvalpreventie vooral zit in scapulaire controle en houding.
Chronische SAPS-patiënten hebben vaak restinstabiliteit of inadequate core-activatie.
Behandelinterventies
Functionele bewegingstraining: reiken, tillen, bovenhandse bewegingen
Sport-specifieke training: tennis- of werpbeweging met gecontroleerde snelheid
Core stability training: koppeling schouder–romp (bijv. plank + reach)
Onderhoudsprogramma: 2× per week lichte excentrische training
📊 Recidiefkans daalt met 60% bij voortzetting van oefenprogramma (BJSM, 2020).
Hulpmiddelen bij herstel
Hoewel oefeningen de basis vormen, kunnen enkele hulpmiddelen het herstel versnellen:
Hulpmiddel | Toepassing | Wetenschappelijke basis |
---|---|---|
Kinesiotape | Houdingscorrectie, vermindering spierspanning | Matig bewijs (JOSPT, 2021) |
Warmte/koude therapie | Pijnreductie en doorbloeding | Matig sterk bewijs (Cochrane, 2020) |
Ergonomische aanpassing | Werkhouding optimaliseren | Sterk bewijs (BJSM, 2022) |
Schouderbrace | Tijdelijke ondersteuning bij overbelasting | Beperkt bewijs (Clin. Rehab., 2020) |
Wanneer medische hulp inschakelen?
Raadpleeg een arts of fysiotherapeut als:
De pijn na 6 weken oefentherapie niet vermindert
Er sprake is van krachtverlies of een hoorbare klik/pop
De arm niet meer boven schouderhoogte komt
In uitzonderlijke gevallen kan beeldvorming (echografie of MRI) nodig zijn om een rotator cuff-ruptuur of calcificatie uit te sluiten.
Relatie met andere schouderklachten
SAPS staat vaak niet op zichzelf. Het komt regelmatig samen voor met:
Deze aandoeningen hebben overlappende symptomen, maar vragen elk om een specifieke revalidatie-aanpak.
Samenvatting
Aspect | SAPS (Subacromiaal Pijnsyndroom) |
Belangrijkste oorzaak | Pees- en slijmbeursbeknelling door overbelasting |
Kernsymptomen | Pijn bij heffen arm, nachtelijke pijn |
Behandeling 1e keus | Oefentherapie en houdingscorrectie |
Hersteltijd | 8–12 weken |
Preventie | Schouderbladstabilisatie, ergonomie |
Interne links
Conclusie
Het Subacromiaal Pijnsyndroom (SAPS) is een van de meest behandelbare vormen van schouderpijn — mits je actief aan je herstel werkt.
De combinatie van kracht, coördinatie en houdingsoefeningen is wetenschappelijk bewezen effectiever dan rust of injecties.
Wil je sneller herstellen van SAPS?
👉 Lees meer over gerichte oefeningen en hulpmiddelen bij schouderklachten.
⚠️ Disclaimer: De informatie in dit artikel is uitsluitend bedoeld voor educatieve doeleinden en vervangt geen medisch advies. Raadpleeg bij aanhoudende of ernstige klachten altijd een arts of fysiotherapeut.